04. Twee gezalfde koningen - Een heilige woede?

DE VIJAND KOMT!

Koning Saul leeft als boer een teruggetrokken bestaan. Ook lijkt het er niet op dat in deze toestand spoedig verandering zal optreden. Het is pas als Nachas, de koning van Ammon, Israël met zijn leger binnenvalt, dat er verandering optreedt. Nachas belegert met zijn troepen de stad Jabes dat in Gilead ligt. Als de inwoners van Jabes de strijd niet langer vol kunnen houden, vragen zij aan Nachas om vredesvoorwaarden. Zij bieden Nachas aan een verbond met hem te sluiten en hem te dienen. De vredesvoorwaarden die Nachas voorstelt zijn; dat hij bij iedere inwoner het rechter oog zal uitsteken. [Waarschijnlijk gold dat alleen voor de mannen]. Ook, zei hij: ik zal dit bij alle Israëlieten doen, om hen te vernederen.

  

WAAR BLIJFT DIE NIEUWE KONING NOU?

Men vraagt Nachas uitstel van executie. Zeven dagen willen zij hebben om te zien of zij een verlosser kunnen vinden. Als Nachas daar in toestemt sturen zij boden door heel Israël. Ook bij Saul, in zijn woonplaats Gibea, arriveren zij met deze onheilstijding. Saul loopt zoals altijd [behalve op de sabbat] achter zijn runderen in het veld. Hij is tenslotte van beroep herder. Nu moet blijken of hij ook een herder voor zijn volk zal zijn. Als hij thuis komt van het veld, meldt men hem wat Nachas denkt te doen met de inwoners van Jabes in Gilead.

 

HET DOOR DE GEEST VAN GOD AANGEGREPEN WORDEN.

Op het moment dat deze boodschap tot hem doordringt, staat er, dat de Geest des Heren hem aangrijpt. Wij hebben dat verschijnsel al een aantal keren gezien vooral in het leven van Simson, wanneer God hem die bovenmenselijke kracht geeft om de vijand te verslaan. Maar ook Saul zelf had al te maken gehad met die Geest, toen hij in geestvervoering kwam en profeteerde. Nu staat er in dit verhaal dat hij in hevige toorn ontstak [N.B.G. vertaling]. Wij zouden zeggen: Hij werd woedend. Nu is het misschien wat moeilijk te begrijpen hoe de Geest van God, als Hij in ons komt, ons woedend kan maken. Misschien is dit een menselijke reactie op een Goddelijke aanraking. Het kan ook een beschrijving zijn van een geestesgesteldheid die moeilijk anders te omschrijven is. Het is in ieder geval zo dat Saul in actie komt doordat de Geest van God hem aanraakt.

 

EEN SLACHTPARTIJ.

Saul neemt een span [twee] runderen en hakt ze in twaalf stukken. Deze bloedige stukken laat hij aan alle stammen van Israël sturen, met de boodschap: Dat iedereen die zich niet als soldaat bij Saul en Samuël aanmeldt voor de strijd tegen Nachas zo zijn vee zal verliezen. Toen, staat er, viel de schrik van de Here op het volk. Of die schrik nu van God kwam of dat men bang was om hun vee te verliezen is niet helemaal duidelijk. Maar zij kwamen en het werd een groot leger, 300 000 Israëliten en 30 000 Judeeërs.

 

Binnen de zeven dagen die de inwoners van Jabes bedongen hadden was Koning Saul met zijn krijgsmacht ter plaatse. Nadat hij zijn leger in drie groepen heeft verdeeld, [denk aan Gideon] valt hij het legerkamp van de Ammonieten aan en er is een grote slachting onder het leger van Nachas. Er is nauwelijks iemand die ontkomt aan het zwaard van Saul en zijn leger. Wij kunnen ons de vreugde van de inwoners van de stad Jabes wel voorstellen. De éne dag waren zij nog zeker van een groot onheil wat hen te wachten stond, maar nú zijn zij bevrijd door hun nieuwe koning. Toch is niet iedereen blij. Er zijn mensen die roepen om het bloed van hun volksgenoten, van hen die Saul niet als koning eerden bij zijn kroning.

 

Koning Saul echter wil daar niet aan mee werken. Hij zegt: Vandaag heeft God ons een grote overwinning geschonken, er zal niemand van uw broeders ter dood gebracht worden. Hier zien wij Saul op zijn best. Hij vergeeft de mensen die hem beledigd hebben. Samuël kwam met een ander voorstel. Hij zegt: Laten wij naar Gilgal gaan, om daar het koningschap te vernieuwen. Nú is er geen sprake van dat er mensen zijn die de nieuwe koning niet eren. De offers die het volk daar slachten zijn vredeoffers. Zulke offers werden gebracht om oude vriendschapsbanden weer aan te halen.

 

HEBBEN WIJ ONZE BEIDE OGEN NOG?

Wat kunnen wij voor onze tijd met dit verhaal? Wij mogen dan in Nederland ook wel een koning hebben, maar ik zie hem nog niet zo snel aan het hoofd van ons leger naar een vijand trekken. Nee! Wij moeten als dat kan een geestelijke invulling aan deze geschiedenis geven voor onze tijd.

Ook wij gelovigen leven in een wereld waar wij omgeven zijn door vijanden. Ook wij hebben in Christus een koning die een herder is. Roepen wij niet dagelijks om verlossing van onze zonden? De vijanden zijn satan en zijn gevallen engelen. Maar die maken ook gebruik van mensen die een hekel hebben aan Gods wetten. Zij luisteren liever naar de influisteringen van satan. Dit zijn geen mensen met bokkenhorentjes, zij kunnen ook gewoon lid zijn van een kerk. In de tijd van Saul waren het de Ammonieten [betrouwbaar] die de vijand waren van Israël, zij waren de nakomelingen van Lot, de neef van Abraham. Je zou zeggen dat die hen goedgezind zouden zijn.

 

Wat moeten wij met die zeven dagen respijt, die de inwoners van Jabes krijgen voordat zij hun rechteroog zouden verliezen? Zou dat kunnen slaan op de 7000 jaar van deze wereldgeschiedenis? Is dit niet de tijd die wij van God gekregen hebben om een Verlosser te zoeken die ons de ogen kan openen voor het gevaar waarin wij verkeren?  Is niet het eerste en grote doel van de vijand van Gods gemeente hen de ogen te verblinden zodat zij de kostbare waarheden van de bijbel niet meer kunnen ontwaren? Is het niet in onze tijd dat er steeds meer mensen Christus de rug toekeren en verblind worden door de aardse schatten?

 

Piet Westein

 

P.S.

Laten wij daarom die ogenzalf kopen die ons in Openbaring 3:18 wordt aangeboden. Zodat wij waarheid en leugen kunnen onderscheiden. Laten wij onze beide ogen gericht houden op Jezus onze Verlosser en Koning.